Met de kinderen staan we te wachten op de stoep, terwijl we luidkeels sinterklaasliedjes zingen. Het is weer 5 december en de Sint wordt zo verwacht. Het is koud, we klappen en stampen om warm te blijven. En als altijd duurt het een hele tijd voor er iets gebeurt. Met kleuters die nog niet zo veel liedjes kennen, zingen we alle liedjes nog een keer.
Opeens klinkt er een fietsbel. Drie Pieten op fietsen komen de hoek om. Ze kijken alle drie treurig en de kinderen worden stil. Waar is Sinterklaas? En waarom zijn die Pieten zo bedroefd?
De hoofdpiet krijgt een microfoon toegereikt: “Sint is ziek. Hij kan niet komen.” Hij huilt dikke tranen en de juf die er naast staat, vraagt wat de Sint mankeert.
“Hij lag nog in bed. Hij had buikpijn. Sint had teveel marsepein gegeten!” En Piet vertelt dat hij denkt dat Sinterklaas wel komt, als twee kinderen hem gaan ophalen. Een leerkracht haalt de auto en daar gaan ze. Op weg naar Sinterklaas.
Een kwartier later zitten alle kinderen in de aula, nog steeds beduusd van een sinterklaasfeest zonder Sinterklaas, als er een sirene te horen is. Een ambulance rijdt langs de ramen van de aula. Even later komen twee broeders met een brancard naar binnen. Op de brancard zit Sinterklaas in zijn pyama en met een slaapmuts op. De verdrietige stemming in de aula slaat om in hilariteit.
Gelukkig, Sint is er. De Pieten worden weer vrolijk en een lied wordt ingezet. Het feest is gered! De kinderen kunnen met volle teugen gaan genieten van alles wat er in de aula gaat gebeuren. En als na de pauze Sinterklaas met zijn tabbert aan en mijter op alle klassen bezoekt, is er van de eerste teleurstelling van die morgen niets meer te merken.
Ik hou van het sinterklaasfeest. En ik vind het altijd wat ontroerend: die kindersnoetjes die vol verwachting kijken naar de aankomst van Sinterklaas, de overgave waarmee de liedjes worden gezongen, de verlegen blikken als de goedheiligman dichtbij komt en de handjes die naar Piet worden uitgestoken om wat pepernoten te ontvangen.
Nog één week tot 5 december. Nog één week schoen zetten bij de verwarming, tekening erin en heel hard liedjes zingen. Nog één week en dan genieten van een prachtig feest. Vol verwachting klopt ons hart: nog één week….
Deze column is op 28 november verschenen op www.inBoskoop.nl
Wat een leuk verhaal Selma, roept weer veel herinneringen op.
Toen Sint bij mijn kinderen op school kwam, kwam hij ieder jaar met een ander voertuig.
Ook met een ambulance, een politieauto of paard en wagen. Zelfs een keer met een vuilniswagen enz. enz.
Heel leuk geschreven Selma. Ik kan het me nog zo goed herinneren al die keren zelf als kind, die keer dat ik een zwarte Piet was en natuurlijk de paar jaar met twee kleine kinders zelf! En zelfs hier bij de nederlandse school en ons Dorp. Het is jammer dat een oude traditie, een feest dat bij onze cultuur hoort zo’n toestanden heeft op het moment. Voor mij had het niets met de kleur van zwarte Piet te maken, maar met de zo’n dikke laag zwartsel op je gezicht en een piete pak aan en je bent onherkenbaar. Dat maakt het zo leuk. De zwarte pieten zijn gewoon deel van het geheel. Onherkenbare pieten die bij Sinterklaas horen. Net zoals de elven bij de kerstman horen en de reindeers.